Fotograferen heb ik altijd gedaan. Thuis, in de stad, in het bos, en wanneer ik in een vorig bestaan als journalist weleens foto’s bij mijn artikelen maakte. Maar het nam een wending na een reeks tegenslagen. Ouders gingen dood, een langdurige relatie liep op de klippen, een job werd opgezegd, mijn geld verdampte, allemaal binnen zeven maanden, en het meeste onverwacht. Ik had voor een trein kunnen springen of mezelf verliezen in alcohol en depressie, maar dat leidt nergens toe. Dus trok ik de straat op en begon te fotograferen in een verlangen naar wat rust. Van die reis ben ik nog niet teruggekeerd.
Ik beschouw mijn foto’s als een vorm van straatfotografie, maar definieer het genre ruim. Ik fotografeer in de openbare ruimte, in een omgeving die door mensen is vormgegeven. Zij figureren dan ook regelmatig in mijn werk, maar vaak onherkenbaar, en in veel gevallen zijn ze niet het onderwerp. Mijn foto’s neigen naar het abstracte. Ik heb niet de pretentie een verhaal te vertellen. Het is aan de kijkers om te bepalen wat ze in een foto zien.
Wanneer ik wandel door Antwerpen en Brussel, de steden waar ik het meest fotografeer, draait het om observatie zonder vooropgezet plan of doel. Daarbij word ik aangetrokken door vuil glas en reflecties, door tijd en gebruik getekende gevels en objecten, door vormen, lagen en texturen waaraan we normaal voorbijgaan, en wat die samen met elkaar doen. Ik koester de vrijheid van de wanorde, in mijn hoofd en daarmee ook in mijn werk, en geef me het liefst over aan het toeval.
Ik maak mijn foto’s met een eenvoudige, handzame, spiegelloze digitale camera. Omdat moderne fototoestellen zijn ontworpen om kleuren zo realistisch mogelijk weer te geven, en een correcte weergave van de werkelijkheid mij niet bijster veel interesseert, besteed ik achteraf nog aandacht aan het bijstellen van de kleuren. Hierbij streef ik veelal naar een warmere, meer “analoge” toon. Buiten dat houd ik de nabewerking beperkt. De straatfotograaf in mij verzet zich tegen het weggummen of toevoegen van beeldelementen, al veroordeel ik niemand die dat wel doet. Fotografie is kunst. Dat wordt nog weleens vergeten.
Een formele opleiding in fotografie of enig ander beeldend of artistiek vak heb ik niet. Foto’s maken is voorbij komen waaien en ik heb het aangepakt, zoals ik ook ettelijke jaren van mijn leven besteedde aan muziekmaken, veel heb geschreven en als kind stripverhaaltjes tekende. Ik hou van het creatieve proces, de weg naar het eindresultaat en de hypnotische toestand waarin ik mij bevind tijdens mijn fotowandelingen. Mijn doel is niet om anderen te behagen, maar om zelf plezier uit mijn werk te halen. Wel vind ik het fijn om mijn ervaring en ideeën te delen, in de hoop dat andere fotografen er voordeel uit halen.
Marc Pennartz (geboren: Marc de Jong) is journalist van opleiding en werkte voor diverse media in Nederland, België en Zweden. Hij schreef meerdere boeken, zowel fictie als non-fictie, doet research voor documentaires en is tevens actief als freelance content manager voor diverse websites. Sinds 2018 geeft hij workshops straatfotografie en ook lezingen over hetzelfde onderwerp. Foto’s van hem en interviews over zijn werk werden gepubliceerd in onder meer Street Photography Magazine, The Pictorial List en Gazet van Antwerpen. Ook The Photo Sector en de Belgium Street Photography Club zetten zijn werk in de kijker. De Antwerpse nieuwssite Aantwaarp.be publiceerde een video-interview (zie hieronder).
Workshops, lezingen, coaching
Straatfotografie is een laagdrempelig genre. Maar zeker niet gemakkelijk. Er is geen ander genre waarbij je als fotograaf zo weinig controle hebt over je werk. Ik vind het leuk om anderen te helpen straatfoto’s te maken, zodat ze sneller mooie resultaten bereiken.
- Zit je in een fotoclub of werk je bij een fotografie-opleiding, kan je me uitnodigen voor een presentatie of lezing over straatfotografie.
- Fotografeer je zelf, doe dan mee aan een workshop.
- Op verzoek doe ik 1-op-1-coaching, met een reeks maandelijkse opdrachten, inspirerende ideeën en constructieve feedback.
- Meer weten? Je mag altijd contact opnemen.